Zaterdag
1 februari.
Omdat we de vorige dag
weg zijn gestuurd aan de kust bij Tavira, zijn we naar de een officiële
camperplaats in Castro Marim gereden.
Deze plaats vinden wij
vrij rumoerig, dus vandaag weer terug noordwaarts het binnenland in naar Pereiro
gegaan waar ook een camperplaats is.
Eerst in Vila Real de
Santo António nog even een supermarkt aangedaan en een voorraadje in geslagen
voor de komende dagen, Pereiro is een klein dorpje en ligt in the
middle of nowhere en heeft geen winkels.
Nadien rijden we nog
even de grens over om in Spanje onze dieseltank te vullen, de diesel is hier
gemiddeld 20 eurocent per liter goedkoper dan in Portugal en op een tankbeurt
van dik 200 liter is het die 6 kilometer extra rijden wel waard.
Vervolgens rijden we
noordwaarts over de N122 naar Pereiro in de Algarve, de camperplaats lig hier
een beetje op een hoogvlakte met een prachtige uitzicht rondom.
De komende dagen vermaken
we ons hier wel met wandelen, de omgeving leent zich hier perfect voor.
In het dorpje valt
buiten dat ene cafeetje weinig te beleven, twee keer in de week komt wel een
bakker op het terrein zijn rondje doen.
Later in de week nog
even een rondje met de ATB over de vele onverharde paden door het landschap
gedaan, kom je nog een schaapherder met een kleine kudden tegen bij een klein
dorpje te midden van de heuvels.
Maandag 10 februari.
De voorraadkast begint
leeg te raken en omdat in het dorp verder niets te krijgen valt gaan we vandaag
weer verder rijden.
We gaan een stukje verder naar het noorden en wel naar het
plaatsje Mértola om boodschappen te doen, hier hebben we vorige maand ook een
aantal dagen hebben gestaan.
Naast de kleine supermarkt staan wasmachines waar we tevens
onze was doen en tussentijds in de winkel onze boodschappen halen.
Nadien rijden we door naar het oude mijnstadje Mina de São
Domingos vlak aan de grens met Spanje, aan de rand van het stadje is bij het
stuwmeer een mooie plaats waar het gedoogd wordt om te overnachten.
De kopermijn van Mina de São Domingos was vanaf 1858 de
belangrijkste werkgever in de streek.
Een Engels bedrijf exploiteerde de mijn onder barre
omstandigheden, mijnwerkersgezinnen woonden hier in één kamer zonder ramen.
In 1965 raakte de koperader uitgeput en het
bevolkingsaantal daalde van 6000 tot 700 hedendaags.
De volgende dag lopen we s’morgens het oude stadje door met
de vele rijen mijnarbeiders woninkjes, in sommige straatjes vragen wij ons ook
af of er nog wel iemand woont.
De bevolking is zeer vriendelijk en tijdens het maken van
een foto in één van de straatjes, komt er een bewoner naar buiten om ons
vervolgens mee te nemen naar een oud arbeiderswoninkje wat een mini museumpje
blijkt te zijn.
Oude bakoven.
Later in de week fietsen we een stuk over de route van de
oude spoorlijn die naar Pomarão aan de rivier Guadiana leidt, waar vroeger het
koper werd verscheept.
Ook wandelen we die week langs het oude mijn complex met de
vervallen fabriekshallen en de kopergroeve.
Het weer is hier ons goed gezind en we hebben dan ook bijna
twee weken dat we hier verblijven tussen de 20 en 23 graden met héél veel zon.
De plaats waar we overnachten is ook prachtig en daarom
zijn we hier wat langer gebleven.
.
Ook Zep en Spike hebben het hier prima naar hun zin.
Zaterdag
22 februari.
Vandaag moeten we noodgedwongen verder reizen naar
een wat grotere plaats om onze gasflessen te vullen wat mogelijk is in Beja.
We volgen de N265 naar het noordelijker gelegen Serpa en
parkeren daar de camper op een parkeerplaats naast de supermarkt Intermarché.
Serpa een leuk stadje en na het boodschappen doen lopen we
na de middag door de mooie monumentale poort Porta de Beja het stadje in.
Aan het aquaduct zit een Nora, een oud Arabisch waterrad.
De kleine huisje in de smalle straatje zijn hier in de
regio veel voorzien van mooie opvallende peperbus schoorstenen op de lage
daken.
Zondag
23 februari.
Vanaf Serpa rijden we vanmorgen eerst even heen en terug
naar Beja om onze gasflessen te vullen, nadien vervolgen we onze weg vanaf
Serpa verder naar het noorden over de N255 naar Moura.
Ten noorden van Moura gaan we naar het grote Barragem
(stuwmeer) de Alqueva, bij het kleine dorpje Estrela is een camperplaats waar
we weer een paar dagen blijven staan.
Hier genieten we de komende dagen van het prachtige
uitzicht over het stuwmeer en de mooie zonsondergangen.
De paar dagen die we hier willen blijven staan worden het
er toch iets meer nadat we ontdekt hebben dat de bakker hier op de
parkeerplaats keert, dus elke dag vers brood.
Later in de week komen we er ook achter dat we hier ook nog
de nodige boodschappen kunnen krijgen en heerlijk streek gebonden kaasjes.
We waren al een paar keer door het dorpje gelopen en hadden
bij een huisje wel gasflessen zien staan maar niet het idee dat men daar nog
meer verkocht.
De buurman op de camperplaats wist ons dit te melden.
Achter de kralenhorren en de deur gaat een klein winkeltje
schuil en na binnenkomst doen de oude mensjes het licht voor je aan.
Ondanks dat we voor de eerste keer in de winkel zijn weten ze al wel dat we Hollanders zijn, en als we over het dorpspleintje wandelen horen we ook de naam Holandês zeggen door de oude mannetjes op het bankje bij de kerk.
De Portugese bevolking is héél erg vriendelijk en vertellen ons een dag later ook waarom de buurtsuper die ochtend is gesloten.
Het is deze week prima warm weer zodat we zo af en toe
zelfs de schaduw van de luifel gebruiken, s’avonds na het eten nog een poos
buiten zitten en een avond lekker barbecueën.
Zaterdag
29 februari.
Op de schrikkeldatum gaan we weer 23 kilometer verder
rijden naar Luz om water te tanken en blijven hier een paar nachten in het dorp staan.
Natuurlijk hebben we vanmorgen eerst nog een paar van die lekkere streek gebonden kaasjes gehaald bij de oude mensjes.
Een paar dorpelingen weten hun boodschappen schijnbaar wel in het duister te vinden, want toen wij binnen kwamen deed ze het licht aan.
Natuurlijk hebben we vanmorgen eerst nog een paar van die lekkere streek gebonden kaasjes gehaald bij de oude mensjes.
Een paar dorpelingen weten hun boodschappen schijnbaar wel in het duister te vinden, want toen wij binnen kwamen deed ze het licht aan.
We sluiten de maand af met een wat mindere dag qua weer, met zelfs de eerste neerslag van de maand.
Deze maand hebben we het geweldig getroffen met het weer,
totaal geen neerslag gehad en bijna elke dag zon met temperaturen tussen de 18
en 24 graden.
Met de steenhandel van Janny gaat het ook prima, deze maand 7 stuks verkocht op de camperplaatsen.
Ze is maar wat druk met haar hobby.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten